Nederlandse les.
Wie kan er een zin vormen met de woorden
'waarschijnlijk'
en
'want'?
Peter steekt zijn vinger in de lucht en zegt:
WAARSCHIJNLIJK
gaan wij naar
Disneyland,
WANT
mijn vader heeft tickets gekocht.
'Zeer goed !', zegt de juf, 'Wie kan dat ook?'
Mohammed steekt ook zijn vinger in de lucht !
Juffrouw slaat haar ogen ten hemel en denkt al: 'Wat nu weer ?'
'Ja Mohammed, probeer maar', zegt ze bemoedigend.
En Mohammed zegt: 'Mijn moeder ging met de krant naar 't toilet...'
'Maar Mohammed toch ! Dat heeft er helemaal niets mee te maken !'
'Wacht,
Juffrouw, ik ben nog niet klaar,' roept Mohammed !
......
WAARSCHIJNLIJK
moest ze kakken,
WANT
lezen kan ze niet.'
zachte heelmeesters, maken stinkende wonden
Graag Inloggen of een account aanmaken deelnemen aan het gesprek.